Dukenburg en Lindenholt
De Nijmeegse wijken Dukenburg en Lindenholt konden alleen gebouwd worden wanneer er gelijktijdig een groot aantal vijvers gegraven zouden worden. Lang geleden kon je hier ‘s winters, met je voeten in de krakende sneeuw, nog knappe ruisvoorns vangen; de buizen van de stadsverwarming hielden de vijvers mooi op temperatuur. Die tijden liggen al weer geruime tijd achter ons, maar nog steeds is er in de vijvers, met de vliegenhengel, soms vis van een mooi formaat te vangen.
Beide wijken zijn weer onderverdeeld in straten die meestal rond lopen. Wanneer je een beetje begrip hebt hoe een en ander in elkaar steekt is het een mooi systeem, zo niet dan kun je hier regelmatig verdwalen!
De vijvers in de wijken staan onderling via duikers en tunnelbuizen met elkaar in verbinding. Toch kan het water qua helderheid van vijver tot vijver sterk verschillen. Over het algemeen is het water uiterst helder, is de bodem overal zichtbaar; maar wanneer de planten in een vijver pas gemaaid zijn of er een overmaat aan eenden en ganzen op rondzwemmen, dan kan het water ook behoorlijk troebel zijn.
De grote helderheid van het water betekent wel dat je hier subtiel moet vissen. Lichte vliegenhengels (#3/4), leaders van drie of vier meter met een punt 10/00 zijn een voorwaarde voor succes. Nimfen op haakjes 16 en 18 zijn dat eveneens. Ligt de vis hoog dan vissen we hier met licht verzwaarde nimfen en muggenpoppen, zoals de fazantenstaartnimf en de grey goose-nimf, gebonden met gewoon of goudkleurig koperdraad, plus de Ritz D. Verblijft de vis in diepere waterlagen dan moet de nimf zwaarder uitgevoerd zijn. Vlokreeftimitaties, gebonden met mol- of hazenoordubbing, leveren dan voldoende aanbeten op.