Techniek van het werpen – Een juiste greep
Goed vliegwerpen begint met een juiste greep van de hand rond de handgreep van je vliegenhengel. In Amerika en de UK wordt doorgaans aangeraden om de duim bovenop de handgreep te plaatsen. Op het vaste land van Europa en dus ook in Nederland doen we hetzelfde, echter alleen bij de ‘zwaardere’ lijnklassen, vanaf een #7 zeg maar. Bij de zwaardere lijnklassen gaat het gewicht van de vliegenhengel en de reel een woordje meespreken. Reden waarom we voor de lijnklassen #7 tot en met #15 aanraden om de duim bovenop de greep te plaatsen. Bij de lichtere lijnklassen geven de meeste geoefende werpers er de voorkeur aan om de wijsvinger bovenop de handgreep te plaatsen.
Hier zijn drie belangrijke redenen voor:
- Met de wijsvinger bovenop de handgreep werp je preciezer. Wanneer je iemand iets aanwijst voor je, dan doe je dit ook met je wijsvinger, dus dit is een natuurlijke beweging;
- Met de wijsvinger bovenop de handgreep heb je minder snel de neiging om tijdens de achterwaartse worp te ver naar beneden te gaan. De pols is min of meer opgesloten en een stop bij de stand 1 uur (wanneer je aan de wijzers van een klok denkt, daar kom ik verderop nog op terug) is eenvoudig te realiseren;
- Werpend met de wijsvinger bovenop de (doorgaans kurken) handgreep heb je ook minder snel de neiging om te veel kracht te gebruiken.